Het belangrijkste telefoontje van mijn leven en ik miste hem...

Hallo? Je droom hier. Ik kom je vertellen dat dit werkelijkheid gaat worden. Ach, je neemt je telefoon niet op – jammer voor je!

 

Twee maanden

De genoemde termijn waarin de feedback op mijn manuscript zou worden gegeven: twee maanden.
Nee, ik heb er niet per se op zitten te wachten, maar toch ook weer wel.
Nadat ik mijn manuscript instuurde, wist ik dat ik niet direct een mailtje terug zou krijgen. En dus zette ik de knagende nieuwsgierigheid van 'wat zullen ze ervan vinden' van me af.

Dat deed ik zo goed, dat ik zowaar vergat dat ik het opgestuurd had. Tijdelijk dan. Dat is dan het voordeel van een ADHD-brein: iets wat best belangrijk is, totáál kunnen vergeten omdat je je met volle hyperfocus weer in een ander project hebt gestort. Tot het me ineens te binnen schoot: hé wacht eens, ik heb nog niets gehoord?

Meteen ga ik op zoek naar de datum waarop ik mijn manuscript ingestuurd had: 2 februari. Dat is ruim twee maanden geleden – bijna drie!

Acuut vergeet ik wat ik aan het doen was en begin een mail te typen. Want het kan zomaar zo zijn dat mijn script ergens op een vergeten stapeltje in een la beland is, toch? Of over het hoofd gezien. Hoe dan ook, wetende dat de wachttermijn inmiddels is verstreken, maakt ook dat mijn geduld op slag verdwijnt. Ik wil feedback en ik wil het nu!

Dan kan ik namelijk verder met mijn boek-project, want anders belandt het straks geheid op mijn eigen 'vergeet stapel' om vervolgens wéér een jaar te liggen verpieteren op de harde schijf van de PC. (Lees daar alles over in mijn vorige blog: Meer dan een handtekening.)

Dus ik heb de mail getypt, klaar om te verzenden, wanneer een inwendig stemmetje zegt: "Nog even geduld." Ik kijk opnieuw naar de datum van vandaag: 28 april. Prima. Ik wacht ik tot en met 2 mei om het te versturen, dan hebben ze precies drie maanden de tijd gehad.

Ik sla de mail op in 'concepten' en ga verder met mijn dag.

 

Gemiste oproep: Uitgeverij Boekscout

Rond drie uur diezelfde middag loop ik mijn thuiskantoor uit, naar beneden, voor een bak koffie. Altijd tussen drie en vier uur in 's middags, vieren mijn echtgenoot Richard en ik altijd een koffie-momentje met ons gezin. Een bewust ingepland moment, iedere dag. Gewoonlijk schuiven de kids ook aan, mits ze thuis zijn.

Vandaag zijn we met z'n tweeën en we nestelen ons in de knusse veranda, achterbuiten, genietend van de voorjaarszon, de koffie én een goed gesprek.

Na ruim een uur gezellig kletsen, pakken we onze eigen bezigheden weer op.
Ik gris mijn telefoon – die ik bewust op 'stil' had gezet – van de tuintafel om er weer mee terug in mijn kantoor te verdwijnen, wanneer ik de melding zie: "Gemiste oproep: Uitgeverij Boekscout"

 
 

This is your dream calling, pick the f#ck up!

Mijn hart zinkt onmiddellijk naar mijn voeten. Dit méén je niet! Krijg ik misschien wel de belangrijkste oproep uit mijn leven – heb ik hem gemist!

Het beeld flitst aan me voorbij als een viral Tik-Tok video: "This is your dream calling, pick the f#ck up!" Kans gemist, – game over!

Ik staar naar het scherm, de telefoon stijf in mijn klamme handpalm geklemd. Zal terugbellen of niet? Als het belangrijk is, bellen ze wel weer terug, is normaliter mijn motto. Maar nu voelt het niet goed om af te wachten. Ik druk op 'terugbellen' maar hang onmiddellijk weer op. Ik durf niet. Wat als het slecht is? Wat als ze zeggen: "Leuk geprobeerd, maar geef maar lekker in eigen beheer uit."

Toegegeven: dat was ook de bedoeling: feedback krijgen en uitgeven in eigen beheer. Maar nu het zover is, wil ik dat eigenlijk niet horen. Mijn hele leven heb ik ervan gedroomd een boek te schrijven. Vele dagdroom sessies heb ik mezelf in mijn favoriete boekenwinkel zien zitten, lachend vanachter een tafeltje met daarop een stapel van mijn eigen boeken en een lange rij geïnteresseerden die ongeduldig hun kans afwachten voor om hun boek (mijn boek) door mij te laten signeren. Oh, wat een heerlijke droom!

Een afwijzing – al is deze geanticipeerd – moet ik dan toch weer verwerken. Want zolang er nog geen definitieve uitslag is, koester ik de stiekeme hoop dat mijn kinderdroom waarheid kan worden en ik ben er nog niet klaar voor om daar een rode streep doorheen te zetten.

Ik voel mezelf klein worden. De grootte van een kleuter die verdwaald is in een overbevolkte stad tijdens spitsuur. Ik vind het nu zó spannend!
Toch bel ik terug – deze keer zonder meteen weer op te hangen. De persoon die me gebeld heeft, zit echter inmiddels in een ander gesprek, maar samen met het administratieteam van Boekscout, plan ik een nieuwe belafspraak in voor de volgende ochtend – elf uur.

 

Anticlimax

Zelden is een ochtend zo langzaam voorbij gekropen. Acht uur... Vijf over acht... Zeven minuten over acht... Twaalf over acht... Moet ik nog doorgaan? Daar waar ik normaliter te weinig uren in een dag heb, kruipen ze nu voorbij als een slak onder narcose!

Ik zoek afleiding. Ik kan me niet focussen op mijn normale werk en van schrik ga ik stofzuigen, de was doen, de bedden verschonen en dan eindelijk is het moment daar: ik word gebeld.

Een vrolijke medewerkster stelt zichzelf voor en vertelt waarvoor ze belt. Een korte introductie over de werkwijze van Boekscout volgt en ik hang aan ieder woord dat ze uitspreekt. Niet omdat de informatie zo interessant is, maar omdat ik wacht op het eindoordeel: wel of niet. Vertel het me! Nu!

Dan volgt er een soort anticlimax. Ze zegt niet: "Nou, gefeliciteerd, wij willen het wel uitgeven!" of "Sorry, maar wij zien er niets in..." In plaats daarvan stelt ze een aantal vragen. Of ik de auteursrechten heb over de foto's. Of ik toestemming heb om de foto's van het meisje te mogen gebruiken voor mijn boek.
Auteursrecht? Damn sure, het zijn mijn eigen foto's. En toestemming geef ik ook persoonlijk, want het betreft mijn eigen dochter.

"Maar geeft de vader ook toestemming?"
Goede vraag, zonder meer, maar inwendig zucht ik. Waar gaat dit heen? Zeg nou eerst even hoe-of-wat want ik ga dood van de zenuwen!

"Laatste vraag:" klinkt het.

Eindelijk!

"Jouw boek heeft nu twaalf pagina's. Maar we hebben er minimaal dertig (!) nodig om daadwerkelijk een boek van te maken. In je mail vertel je dat de shoot al wel vier jaar geleden is. Heb je toevallig nog het beeldmateriaal? En zie je kans om je boek uit te breiden? Zo ja, dan mag je een nieuw manuscript insturen."

De woorden moeten even bezinken. Dit klinkt niet als een 'nee', maar het is ook geen duidelijke 'ja'.

Op mijn aanhoudende stilte vraagt ze: "Of heb je zelf nog ideeën over hoe je het boek kunt uitbreiden?"

Mijn brein ratelt als een oude PC met te weinig RAM geheugen om de infomatie te verwerken. "Dus, maar wacht even, áls ik het dertig pagina's maak, dan geven jullie het uit? Begrijp ik dat nu goed?" Het begint namelijk eindelijk tot me door te dringen dat ik nog steeds geen duidelijke afwijzing gehoord heb.

"Ja, we vinden jouw concept zó leuk en origineel – vooral die geweldige foto's maken het helemaal uniek – dat we het graag uitgeven. We nodigen je daarom uit voor de eerstvolgende auteursvergadering."

 

Het moet even landen...

Is het niet gek dat je droom dan eindelijk uit lijkt te komen en dat je – in plaats van uit je bureaustoel te springen voor een vreugdedansje – je een soort van bevriest?

"Heb je nog vragen voor me?" klinkt het aan de andere kant van de lijn.

"Ja, wel honderd, maar wat die zijn dat weet ik nu even niet. Ik geloof dat het eerst even moet landen..." We zeggen elkaar gedag en ik hang op.

Langzaam, alsof mijn leven in slow motion wordt afgespeeld, zak ik achterover in mijn bureaustoel en staar voor me uit. Minuten tikken voorbij. Het lijkt wel alsof ik inwendig verlamd ben en mijn hersenfuncties onverhoeds zijn gestaakt. Dan voel ik iets kriebelen op mijn gezicht: een dikke traan biggelt naar beneden. Gedachteloos veeg ik hem van mijn rechterwang. En daarna een van mijn linkerwang. Meer tranen volgen en langzaam kom ik weer tot mezelf.

Flarden van de werkelijkheid beginnen door te dringen: mijn droom... Is het écht? Of droom ik dit nu? Nee, echt... Boek... Uitgever wil... Mijn boek... Echt waar... Fak!

"DAF, JE DROOM KOMT UIT! JE GAAT EEN BOEK UITGEVEN!" schreeuwt mijn uitzinnig blije hoofd opeens terwijl de tranen nog steeds over mijn wangen rollen. Een uitgever wil mijn boek gewoon uitgeven!

En dan dringt het écht door. Ik vlieg uit mijn stoel – dit moet ik Richard vertellen!

 

Mijn boek kopen?

Inmiddels is mijn boek uit en kun je hem overal kopen. Wil jij een gesigneerd exemplaar bemachtigen? Klik op de knop hieronder.

scoor een gesigneerd exemplaar
 
Volgende
Volgende

Meer dan ‘gewoon’ een handtekening